Christen
Ik kom in de Veenendaalse politiek verschillende mensen tegen die ‘kerkelijk’ zijn. Sommigen zullen zich Christen te noemen. Of ‘gristen’ zoals de niet gelovigen ze ook wel willen duiden. Het meest bijzondere is, is dat ze in alle politieke partijen te vinden zijn. Van links tot rechts, van conservatief tot progressief, van landelijk tot lokaal.
Pasgeleden kreeg ik de vraag naar mijn hoofd geslingerd of mijn partij nog wel een Christelijke partij was. In de politiek is de vraag stellen, je eigen antwoord geven. Blijkbaar vond deze politicus dat mijn partij zichzelf niet meer Christelijk mocht noemen. Of hij vond dat er op z’n minst de indruk moest worden gewekt dat dit niet meer zo was. De hoofdvraag is natuurlijk, wanneer is iemand, of wanneer is een partij Christelijk?
In het dorp waar mijn vader opgroeide, werd een kind naar z’n vader of moeder genoemd. In dit geval “Jan van Henny van Jaap Snippe’s Geeze”. Iedereen in het dorp begreep dan precies om welke ‘Jan’ het ging. Als je Christen genoemd wordt, draag je dus Zijn naam. Of op z’n minst wil je die naam ‘proberen’ waard te zijn. Iemand die zichzelf Christen noemt, haalt zich dus veel op de hals. Niet alleen de hoon van de mensen die niks met het geloof hebben, maar ook nog eens een kritische blik van je geloofsgenoten. Je kunt het tenslotte nooit perfect doen. Ik zal de eerste zijn om te bekennen dat ik feilbaar ben en alles behalve perfect.
De opmerking van de collega politicus die zich afvraagt of mijn partij nog wel een Christelijke partij is, heeft mij zelf niet zo geraakt. Het raakt wel al die andere mensen die bewust kiezen voor een politiek die gaat voor publieke gerechtigheid, solidariteit, gespreide verantwoordelijkheid en rentmeesterschap. Degene die de vraag stelde had er blijkbaar geen probleem mee om, naast mij, ook onze kiezers en onze principes ter discussie te stellen en daar de naam van Christus voor te gebruiken. Dat geeft mij te denken.
Harold Schonewille